Een doorslaggevende factor voor een landbouwer om te kiezen voor quinoa is echter ook het economische aspect van deze teelt. We analyseren daarom met behulp van een rekenmodel, of quinoa op een rendabele manier kan worden ingepast in het teeltplan van Vlaamse landbouwbedrijven.
We focussen hierbij op de teelt van quinoa met afzet via contractteelt of via de regionale keten. Bij contractteelt staat de landbouwer in voor alle teeltstappen tot en met het drogen. Quinoa wordt dan afgezet bij de handelaar die alle vervolgstappen op zich neemt. Bij de regionale keten staat de landbouwer bijkomend ook in voor de reiniging, transport, opzakken, analyses en eventuele CO2-behandeling van de quinoa. Dit impliceert extra kosten.
In onderstaande tabel staat de raming van de kosten (euro/ha) verbonden aan de teelt van quinoa onder contractteelt en onder regionale keten, bij een netto-opbrengst van 2 ton/ha.
Uit interviews blijkt dat quinoa momenteel geteeld wordt aan een bruto-opbrengst van 3 ton/ha. Deze kan op de (geringe) lokale markt voor quinoa verkocht worden aan € 1100/ton via contractteelt en € 4500/ton via de regionale keten. Voor beide scenario’s worden positieve teelttechnische evoluties verwacht die de bruto-opbrengst kunnen doen stijgen tot 4,5 ton/ha.
De resultaten geven aan dat het vanuit economisch oogpunt interessant kan zijn voor een aantal landbouwbedrijven om quinoa op te nemen in het teeltplan. Onderstaande tabel geeft voor hethuidige scenario en twee toekomscenario's het percentage bedrijven (onder contractteelt en onder regionale keten) dat quinoa rendabel kan telen.
Bij het huidige opbrengst- en prijsniveau zien we zowel bij contractteelt als regionale keten een daling van het percentage bedrijven waarvoor quinoa economisch interessant is indien een minimumareaal (van 1, 5 of 10 ha) wordt opgelegd. De grootste daling van het percentage bedrijven situeert zich wanneer niet 1 maar 5 hectare is vereist. Dit betekent eveneens dat de meeste bedrijven, bij de huidige condities, quinoa zullen telen op een areaal tussen 1 en 5 ha. Bij een toekomstige prijsdaling zien we dat op het merendeel van de bedrijven het areaal quinoa verschuift naar minder dan één hectare. Bij het toekomstig opbrengstniveau van 4,5 ton/ha zien we gelijkaardige resultaten als bij het huidige opbrengstniveau met voor het merendeel van de bedrijven een toename in areaal tot minstens 5 ha.
Quinoateelt kan via beide scenario’s kan (bij verschillende prijsniveaus) rendabel zijn op heel wat landbouwbedrijven en heeft dus een potentieel in Vlaanderen. De teelt van quinoa zal het teeltaandeel van andere gewassen verkleinen. In beide scenario’s komt quinoa vooral in de plaats van deegrijpe maïs, wintertarwe en korrelmaïs.
